Language/German/Grammar/Noun-and-Gender/nl

This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP

Rate this lesson:

0.00

(0 stemmen)

Help - Comments

Duits → Grammatica → Complete 0 tot A1 Duitse cursus → Zelfstandige naamwoorden en geslacht

Inleiding[bewerken | brontekst bewerken]

Welkom bij de les over zelfstandige naamwoorden en geslacht in het Duits, onderdeel van onze complete Duitse cursus van niveau 0 tot A1. In deze les leer je de basisprincipes van zelfstandige naamwoorden en de rol die geslacht hierin speelt. Het begrijpen van deze concepten is cruciaal voor het bouwen van complexere zinnen in het Duits.

Zelfstandige naamwoorden[bewerken | brontekst bewerken]

In het Duits zijn zelfstandige naamwoorden woorden die een persoon, plaats, ding of idee aanduiden. In tegenstelling tot het Nederlands, hebben zelfstandige naamwoorden in het Duits een geslacht. Het geslacht van een zelfstandig naamwoord kan mannelijk, vrouwelijk of onzijdig zijn. Het is belangrijk om te weten welk geslacht een zelfstandig naamwoord heeft, omdat dit invloed heeft op de uitgangen van bijvoeglijke naamwoorden, lidwoorden en werkwoordsvervoegingen.

Hieronder zie je enkele voorbeelden van zelfstandige naamwoorden in het Duits, met hun geslacht en Nederlandse vertaling:

Duits	Uitspraak	Nederlands
der Mann	de man	mannelijk
die Frau	dee frouw	vrouwelijk
das Kind	das kint	onzijdig
das Haus	das haus	onzijdig
die Stadt	dee shtat	vrouwelijk
der Hund	der hunt	mannelijk

Houd er rekening mee dat de uitspraak van het Duits anders kan zijn dan die van het Nederlands.

Geslacht[bewerken | brontekst bewerken]

Zoals eerder vermeld, is geslacht belangrijk in het Duits. Hier zijn enkele regels om te onthouden:

- Mannelijke zelfstandige naamwoorden: beginnen meestal met de letters "d", "t", "s", "n", "e", "r", "g", "b" of "m". Enkele uitzonderingen zijn "der Tag" (de dag), "der Morgen" (de ochtend) en "der Abend" (de avond). - Vrouwelijke zelfstandige naamwoorden: eindigen vaak op de letters "e", "ei", "heit", "keit", "ion", "tät", "schaft" of "ung". Enkele uitzonderingen zijn "die Hand" (de hand), "die Nacht" (de nacht) en "die Stadt" (de stad). - Onzijdige zelfstandige naamwoorden: beginnen vaak met de letters "g", "h" of "t". Enkele uitzonderingen zijn "das Mädchen" (het meisje), "das Bett" (het bed) en "das Haus" (het huis).

Het is belangrijk om te onthouden dat er veel uitzonderingen zijn op deze regels, dus het is een goed idee om te oefenen met het onthouden van het geslacht van zelfstandige naamwoorden.

Lidwoorden[bewerken | brontekst bewerken]

In het Duits hebben lidwoorden ook een geslacht en verschillende vormen, afhankelijk van de naamval. Hieronder vind je een tabel met de verschillende vormen van de lidwoorden:

	Mannelijk	Vrouwelijk	Onzijdig	Meervoud
Nominatief	der	die	das	die	Genitief	des	der	des	der	Dativ	dem	der	dem	den	Accusatief	den	die	das	die

Bijvoeglijke naamwoorden[bewerken | brontekst bewerken]

Bijvoeglijke naamwoorden in het Duits moeten overeenkomen met het geslacht van het zelfstandig naamwoord waarnaar ze verwijzen. Dit betekent dat de uitgang van een bijvoeglijk naamwoord verandert, afhankelijk van het geslacht en de naamval van het zelfstandig naamwoord. Hieronder vind je een tabel met voorbeelden:

	Mannelijk	Vrouwelijk	Onzijdig	Meervoud
Nominatief	ein großer Mann	eine große Frau	ein großes Kind	große Städte	Genitief	eines großen Mannes	einer großen Frau	eines großen Kindes	großer Städte	Dativ	einem großen Mann	einer großen Frau	einem großen Kind	großen Städten	Accusatief	einen großen Mann	eine große Frau	ein großes Kind	große Städte

Oefeningen[bewerken | brontekst bewerken]

Om je te helpen deze concepten te oefenen, kun je de volgende oefeningen maken:

Geef het geslacht van de volgende zelfstandige naamwoorden: "der Stuhl", "die Blume", "das Auto", "die Sonne".
Vul de juiste vorm van het lidwoord in: "Ich sehe ___ Mann".
Vul de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord in: "Ich habe ein ___ Haus".

Conclusie[bewerken | brontekst bewerken]

In deze les heb je de basisprincipes van zelfstandige naamwoorden en geslacht in het Duits geleerd. Door deze concepten te begrijpen, kun je complexere zinnen in het Duits bouwen en je Duitse taalvaardigheden verbeteren. Vergeet niet om te oefenen met het onthouden van het geslacht van zelfstandige naamwoorden en het vervoegen van bijvoeglijke naamwoorden. Volgende keer zullen we ons richten op werkwoorden en vervoegingen in het Duits.

Inhoudsopgave - Duitse cursus - 0 tot A1[brontekst bewerken]

Cursus Presentatie

Basis zinsstructuren

Onderwerp en Werkwoord
Zelfstandig naamwoord en Geslacht

Begroetingen en introductie

Bepaalde en onbepaalde lidwoorden

Getallen, Data en Tijd

Werkwoorden en vervoeging

Familie en vrienden

Preposities

Eten en drinken

Duitsland en Duitstalige landen

Voornaamwoorden en bezittelijke voornaamwoorden

Reizen en Vervoer

Modale werkwoorden

Winkelen en Kleding

Muziek en Entertainment

Bijvoeglijke naamwoorden

Gezondheid en Lichaam

Tijd en Temporele preposities

Video's[bewerken | brontekst bewerken]

Duits - Regels voor het bepalen van het geslacht van zelfstandig ...[bewerken | brontekst bewerken]

Bijles Duits grammatica 12: het meervoud van het zelfstandig ...[bewerken | brontekst bewerken]

Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]

Contributors

Maintenance script

Create a new Lesson