Language/Japanese/Grammar/Adjective-Conjugation/nl

From Polyglot Club WIKI
< Language‎ | Japanese‎ | Grammar‎ | Adjective-Conjugation
Revision as of 02:54, 15 August 2024 by Maintenance script (talk | contribs) (Quick edit)
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)
Jump to navigation Jump to search
Rate this lesson:
0.00
(0 votes)


Japan-flag-Japanese-Lessons-PolyglotClub.png
Japans Grammatica0 naar A1 CursusBijvoeglijke Naamwoorden Vervoeging

In deze les gaan we het hebben over een essentieel onderdeel van de Japanse grammatica: bijvoeglijke naamwoorden en hun vervoeging. Bijvoeglijke naamwoorden zijn niet alleen belangrijk om dingen te beschrijven, ze helpen ons ook om vergelijkingen te maken. Dit is cruciaal voor het uitdrukken van meningen en het maken van gedetailleerde zinnen.

In het Japans worden bijvoeglijke naamwoorden in verschillende contexten gebruikt, en ze hebben specifieke vervoegingsregels. In deze les zullen we ons concentreren op de basisprincipes van de vervoeging van bijvoeglijke naamwoorden, en hoe we ze kunnen gebruiken om vergelijkingen te maken met de structuur 〜より〜.

We zullen de les opdelen in de volgende secties:

Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?[edit | edit source]

Bijvoeglijke naamwoorden zijn woorden die een eigenschap of kwaliteit van een zelfstandig naamwoord beschrijven. In het Japans zijn er twee hoofdtypen bijvoeglijke naamwoorden: i-bijvoeglijke naamwoorden en na-bijvoeglijke naamwoorden.

I-bijvoeglijke naamwoorden[edit | edit source]

I-bijvoeglijke naamwoorden eindigen op de klank "い" (i) in hun basisvorm. Ze kunnen eenvoudig worden vervoegd om tijd, negatie of vorm uit te drukken.

Na-bijvoeglijke naamwoorden[edit | edit source]

Na-bijvoeglijke naamwoorden vereisen een extra "な" (na) wanneer ze worden verbonden met een zelfstandig naamwoord. Ze zijn flexibeler in hoe ze worden gebruikt in een zin.

Vervoeging van I-bijvoeglijke naamwoorden[edit | edit source]

I-bijvoeglijke naamwoorden worden vervoegd afhankelijk van de context. Hier zijn enkele basisvervoegingen:

Basisvorm Vervoeging Voorbeeld
高い (takai) - hoog 高くない (takakunai) - niet hoog この山は高くないです。 (Kono yama wa takakunai desu.) - Deze berg is niet hoog.
おいしい (oishii) - lekker おいしくない (oishikunai) - niet lekker この食べ物はおいしくないです。 (Kono tabemono wa oishikunai desu.) - Dit eten is niet lekker.
新しい (atarashii) - nieuw 新しくない (atarashikunai) - niet nieuw この本は新しくないです。 (Kono hon wa atarashikunai desu.) - Dit boek is niet nieuw.
大きい (ookii) - groot 大きくない (ookikunai) - niet groot この部屋は大きくないです。 (Kono heya wa ookikunai desu.) - Deze kamer is niet groot.

Vervoeging van Na-bijvoeglijke naamwoorden[edit | edit source]

Na-bijvoeglijke naamwoorden worden ook vervoegd, maar het proces is iets anders. Hier zijn enkele voorbeelden:

Basisvorm Vervoeging Voorbeeld
静か (shizuka) - stil 静かじゃない (shizuka janai) - niet stil この場所は静かじゃないです。 (Kono basho wa shizuka janai desu.) - Deze plek is niet stil.
きれい (kirei) - mooi きれいじゃない (kirei janai) - niet mooi この絵はきれいじゃないです。 (Kono e wa kirei janai desu.) - Dit schilderij is niet mooi.
有名 (yuumei) - beroemd 有名じゃない (yuumei janai) - niet beroemd その映画は有名じゃないです。 (Sono eiga wa yuumei janai desu.) - Die film is niet beroemd.
簡単 (kantan) - eenvoudig 簡単じゃない (kantan janai) - niet eenvoudig この問題は簡単じゃないです。 (Kono mondai wa kantan janai desu.) - Dit probleem is niet eenvoudig.

Vergelijkingen maken met 〜より〜[edit | edit source]

Een van de meest nuttige structuren in het Japans is de vergelijking met 〜より〜. Deze structuur stelt ons in staat om twee dingen met elkaar te vergelijken. Hier zijn enkele voorbeelden:

Vergelijking Voorbeeld
このりんごはあのりんごより大きいです。 (Kono ringo wa ano ringo yori ookii desu.) Dit appel is groter dan dat appel.
彼は私より背が高いです。 (Kare wa watashi yori se ga takai desu.) Hij is langer dan ik.
この映画はあの映画より面白いです。 (Kono eiga wa ano eiga yori omoshiroi desu.) Deze film is interessanter dan die film.
私の家は君の家より小さいです。 (Watashi no ie wa kimi no ie yori chiisai desu.) Mijn huis is kleiner dan jouw huis.

Voorbeelden en oefeningen[edit | edit source]

Laten we nu enkele oefeningen bekijken om deze concepten te versterken. Hier zijn tien oefeningen met hun oplossingen.

Oefening 1[edit | edit source]

Vervoeg de volgende bijvoeglijke naamwoorden in de negatieve vorm:

1. 面白い (omoshiroi) - interessant

2. 硬い (katai) - hard

3. 暑い (atsui) - heet

4. やさしい (yasashii) - vriendelijk

Antwoorden:

1. 面白くない (omoshirokunai)

2. 硬くない (kataikunai)

3. 暑くない (atsukunai)

4. やさしくない (yasashikunai)

Oefening 2[edit | edit source]

Vertaal de volgende zinnen naar het Japans:

1. Deze stoel is niet comfortabel.

2. Dat boek is niet duur.

3. Dit huis is groter dan dat huis.

Antwoorden:

1. この椅子は快適じゃないです。 (Kono isu wa kaiteki janai desu.)

2. その本は高くないです。 (Sono hon wa takakunai desu.)

3. この家はあの家より大きいです。 (Kono ie wa ano ie yori ookii desu.)

Oefening 3[edit | edit source]

Maak een vergelijking met de volgende zinnen:

1. Mijn hond is slimmer dan jouw hond.

2. Dit seizoen is kouder dan vorig seizoen.

Antwoorden:

1. 私の犬は君の犬より賢いです。 (Watashi no inu wa kimi no inu yori kashikoi desu.)

2. この季節は去年の季節より寒いです。 (Kono kisetsu wa kyonen no kisetsu yori samui desu.)

Oefening 4[edit | edit source]

Gebruik de juiste vorm van het bijvoeglijke naamwoord in de volgende zinnen:

1. 彼は (高い) と言っています。

2. この映画は (面白い) ですね。

Antwoorden:

1. 彼は高いと言っています。 (Kare wa takai to itteimasu.)

2. この映画は面白いですね。 (Kono eiga wa omoshiroi desu ne.)

Oefening 5[edit | edit source]

Vervoeg de volgende bijvoeglijke naamwoorden naar de verleden tijd:

1. 楽しい (tanoshii) - leuk

2. 古い (furui) - oud

Antwoorden:

1. 楽しかった (tanoshikatta)

2. 古かった (furukatta)

Oefening 6[edit | edit source]

Vertaal de volgende zinnen in het Japans:

1. Hij is niet zo slim.

2. Dit restaurant is slechter dan dat restaurant.

Antwoorden:

1. 彼はあまり賢くないです。 (Kare wa amari kashikunai desu.)

2. このレストランはあのレストランより悪いです。 (Kono resutoran wa ano resutoran yori warui desu.)

Oefening 7[edit | edit source]

Gebruik de juiste bijvoeglijke naamwoorden in de volgende zinnen:

1. その映画は (面白い) ですか?

2. あの山は (高い) ですか?

Antwoorden:

1. その映画は面白いですか? (Sono eiga wa omoshiroi desu ka?)

2. あの山は高いですか? (Ano yama wa takai desu ka?)

Oefening 8[edit | edit source]

Maak vergelijkingen met de volgende zinnen:

1. Mijn smartphone is sneller dan jouw smartphone.

2. Dit boek is dikker dan dat boek.

Antwoorden:

1. 私のスマートフォンは君のスマートフォンより速いです。 (Watashi no sumaatofon wa kimi no sumaato fon yori hayai desu.)

2. この本はあの本より厚いです。 (Kono hon wa ano hon yori atsui desu.)

Oefening 9[edit | edit source]

Vervoeg de volgende bijvoeglijke naamwoorden naar de verleden tijd:

1. 新しい (atarashii) - nieuw

2. 優しい (yasashii) - vriendelijk

Antwoorden:

1. 新しかった (atarashikatta)

2. 優しかった (yasashikatta)

Oefening 10[edit | edit source]

Vertaal de volgende zinnen naar het Japans:

1. Dit seizoen is warmer dan vorig seizoen.

2. Deze film is interessanter dan die film.

Antwoorden:

1. この季節は去年の季節より暖かいです。 (Kono kisetsu wa kyonen no kisetsu yori atatakai desu.)

2. この映画はあの映画より面白いです。 (Kono eiga wa ano eiga yori omoshiroi desu.)

Met deze les hebben we de basis van bijvoeglijke naamwoorden en hun vervoeging in het Japans behandeld. Vergeet niet dat praktijk perfect maakt. Blijf oefenen met het maken van zinnen en vergelijkingen om je vaardigheden te verbeteren. Veel succes met het leren van het Japans!

Inhoudsopgave - Japanse cursus 0 tot A1[edit source]


Hiragana-basisprincipes


Begroetingen en introducties


Geografie en geschiedenis


Bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden


Familie en sociale relaties


Religie en filosofie


Deeltjes en voegwoorden


Reizen en toerisme


Onderwijs en wetenschap


Voorzetsels en uitroepen


Kunst en media


Politiek en samenleving


Andere lessen[edit | edit source]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson