Language/Portuguese/Grammar/Irregular-Verbs/nl

From Polyglot Club WIKI
Jump to navigation Jump to search
This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP
Rate this lesson:
0.00
(0 votes)

Portuguese-europe-brazil-polyglotclub.png
PortugeesGrammaticaComplete 0 tot A1 CursusOnregelmatige Werkwoorden

Onregelmatige Werkwoorden[edit | edit source]

In deze les leer je hoe je enkele veelvoorkomende onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd kunt vervoegen.

Ser (zijn)[edit | edit source]

Portugees Uitspraak Nederlands
eu sou "eu sou" ik ben
tu és "tu ez" jij bent
ele/ela é "el/ela eh" hij/zij is
nós somos "nohs somohs" wij zijn
vós sois "voos soysh" jullie zijn
eles/elas são "eles/elas saoh" zij zijn

Ter (hebben)[edit | edit source]

Portugees Uitspraak Nederlands
eu tenho "eu ten-yoo" ik heb
tu tens "tu tens" jij hebt
ele/ela tem "el/ela tem" hij/zij heeft
nós temos "nohs temohs" wij hebben
vós tendes "voos ten-des" jullie hebben
eles/elas têm "eles/elas tem" zij hebben

Fazer (doen, maken)[edit | edit source]

Portugees Uitspraak Nederlands
eu faço "eu fa-soo" ik doe, maak
tu fazes "tu faz-es" jij doet, maakt
ele/ela faz "el/ela faz" hij/zij doet, maakt
nós fazemos "nohs faz-eh-mohs" wij doen, maken
vós fazeis "voos faz-ays" jullie doen, maken
eles/elas fazem "eles/elas faz-em" zij doen, maken

Ir (gaan)[edit | edit source]

Portugees Uitspraak Nederlands
eu vou "eu voh" ik ga
tu vais "tu vays" jij gaat
ele/ela vai "el/ela vaj" hij/zij gaat
nós vamos "nohs vah-mohs" wij gaan
vós ides "voos eedes" jullie gaan
eles/elas vão "eles/elas vao" zij gaan

Querer (willen)[edit | edit source]

Portugees Uitspraak Nederlands
eu quero "eu ker-oo" ik wil
tu queres "tu ker-es" jij wilt
ele/ela quer "el/ela ker" hij/zij wil
nós queremos "nohs ker-eh-mohs" wij willen
vós quereis "voos ker-ays" jullie willen
eles/elas querem "eles/elas ker-em" zij willen

Conclusie[edit | edit source]

In deze les heb je geleerd hoe je enkele veelvoorkomende onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd kunt vervoegen. Vergeet niet om te oefenen en deze werkwoorden in verschillende contexten te gebruiken! Zo zul je ze snel onder de knie krijgen.

Inhoudsopgave - Portugese Cursus - 0 tot A1[edit | edit source]


Unit 1: Begroetingen en Basisuitdrukkingen


Unit 2: Werkwoorden - Tegenwoordige Tijd


Unit 3: Familie en Beschrijvingen


Unit 4: Werkwoorden - Toekomende en Voorwaardelijke Tijden


Unit 5: Portugese sprekende landen en culturen


Unit 6: Eten en drinken


Unit 7: Werkwoorden - Verleden Tijd


Unit 8: Reizen en Transport


Unit 9: Onbepaalde Voornaamwoorden en Voorzetsels


Unit 10: Gezondheid en Noodgevallen


Andere lessen[edit | edit source]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson