Language/Tamil/Grammar/Past-Tense/nl
Հայերէն
Български език
官话
官話
Hrvatski jezik
Český jazyk
Nederlands
English
Suomen kieli
Français
Deutsch
עברית
हिन्दी
Magyar
Bahasa Indonesia
فارسی
Italiano
日本語
Қазақ тілі
한국어
Lietuvių kalba
Νέα Ελληνικά
Şimali Azərbaycanlılar
Język polski
Português
Limba Română
Русский язык
Српски
Español
العربية القياسية
Svenska
Wikang Tagalog
ภาษาไทย
Türkçe
Українська мова
Urdu
Tiếng Việt
Verleden Tijd[edit | edit source]
In deze les leer je hoe je de verleden tijd in het Tamil kunt vormen en gebruiken. Dit is een essentieel onderdeel van het leren van een nieuwe taal, omdat het je in staat stelt om over gebeurtenissen en acties in het verleden te praten.
Vorming van de Verleden Tijd[edit | edit source]
Om de verleden tijd in het Tamil te vormen, voeg je de uitgang '-ன்' (-an) toe aan de stam van het werkwoord. Hieronder staan enkele voorbeelden:
| Tamil | Uitspraak | Nederlands |
|---|---|---|
| செல்லும் (cellum) | chellum | Gaat |
| செல்லின் (cellin) | chellin | Ging |
| பாரும் (paarum) | paarum | Ziet |
| பாரின் (paarin) | paarin | Zag |
Gebruik van de Verleden Tijd[edit | edit source]
De verleden tijd in het Tamil wordt gebruikt om over gebeurtenissen te spreken die in het verleden hebben plaatsgevonden. Hieronder staan enkele voorbeelden:
- Ik ging gisteren naar de markt. - நான் நேற்று மார்க்கெட்டிற்கு சென்றேன். (Naan neṟṟu mārkkeṭṭiṟku ceṉṟēṉ)
- Hij zag de film vorige week. - அவன் கடந்த வாரம் படத்தை பார்த்தான். (Avaṉ kaṭanta vāram paṭattai pārttāṉ)
- Zij aten gisteravond pizza. - அவர்கள் கடந்த இரவு பீட்சாவை சாப்பிட்டனர். (Avarkaḷ kaṭanta iravu pīṭcāvai cāppiṭṭaṉar)
Uitzonderingen op de Regels[edit | edit source]
Zoals bij elke taal zijn er enkele uitzonderingen op de regels voor de vorming van de verleden tijd in het Tamil. Het is belangrijk om deze uitzonderingen te begrijpen om het correcte gebruik van de taal te kunnen beheersen. Hieronder staan enkele voorbeelden:
- Het werkwoord 'இரு' (iru) - zijn, heeft een onregelmatige vorm in de verleden tijd: 'இருந்து' (irundhu) - was.
- Sommige werkwoorden hebben een verleden tijd die niet eindigt op '-ன்' (-an). Bijvoorbeeld: 'கண்' (kaṇ) - zien, heeft als verleden tijd 'கண்டேன்' (kaṇṭēn) - zag.
Conclusie[edit | edit source]
In deze les heb je geleerd hoe je de verleden tijd in het Tamil kunt vormen en gebruiken. Het is belangrijk om deze grammaticale regel te beheersen om over gebeurtenissen in het verleden te kunnen praten. Oefen met het maken van zinnen in de verleden tijd om je vaardigheden te verbeteren.