Language/Italian/Grammar/Imperfect-Tense/nl





































Inleiding[edit | edit source]
Welkom bij onze les over de onvoltooid verleden tijd (Imperfect Tense) in het Italiaans! De onvoltooid verleden tijd is een van de belangrijkste tijden in de Italiaanse grammatica. Het stelt je in staat om gebeurtenissen en situaties te beschrijven die zich in het verleden hebben afgespeeld, maar waarbij de focus ligt op de duur of herhaling van de actie, in plaats van op de voltooiing ervan. Dit maakt het een waardevol hulpmiddel voor het vertellen van verhalen en het delen van ervaringen.
In deze les zullen we de volgende onderwerpen behandelen:
- Wat is de onvoltooid verleden tijd?
- Hoe vorm je de onvoltooid verleden tijd?
- Voorbeelden van de onvoltooid verleden tijd in zinnen.
- Oefeningen om je kennis te testen.
Laten we beginnen!
Wat is de onvoltooid verleden tijd?[edit | edit source]
De onvoltooid verleden tijd, of "imperfetto", wordt gebruikt om:
- Acties te beschrijven die in het verleden plaatsvonden en nog niet zijn afgelopen.
- Herhaalde of gebruikelijke acties in het verleden te beschrijven.
- Achtergrondinformatie te geven in een verhaal.
Bijvoorbeeld:
- Ieri pioveva mentre leggevo. (Gisteren regende het terwijl ik aan het lezen was.)
Hoe vorm je de onvoltooid verleden tijd?[edit | edit source]
De onvoltooid verleden tijd wordt gevormd door de stam van de werkwoorden te nemen en de juiste uitgangen toe te voegen. De uitgangen zijn als volgt:
- Voor regelmatige werkwoorden:
- -are werkwoorden: -avo, -avi, -ava, -avamo, -avate, -avano
- -ere werkwoorden: -evo, -evi, -eva, -evamo, -evate, -evano
- -ire werkwoorden: -ivo, -ivi, -iva, -ivamo, -ivate, -ivano
Laten we een tabel bekijken met enkele voorbeelden van regelmatige werkwoorden in de onvoltooid verleden tijd:
Italiaans | Uitspraak | Nederlands |
---|---|---|
parlavo | parˈlavo | ik sprak |
parlavi | parˈlavi | jij sprak |
parlava | parˈlava | hij/zij sprak |
parlavamo | parˈlavamo | wij spraken |
parlavate | parˈlavate | jullie spraken |
parlavano | parˈlavano | zij spraken |
vendevo | venˈdevo | ik verkocht |
vendevi | venˈdevi | jij verkocht |
vendeva | venˈdeva | hij/zij verkocht |
vendevamo | venˈdevamo | wij verkochten |
vendevate | venˈdevate | jullie verkochten |
vendevano | venˈdevano | zij verkochten |
dormivo | dorˈmivo | ik sliep |
dormivi | dorˈmivi | jij sliep |
dormiva | dorˈmiva | hij/zij sliep |
dormivamo | dorˈmivamo | wij sliepen |
dormivate | dorˈmivate | jullie sliepen |
dormivano | dorˈmivano | zij sliepen |
Voorbeelden van de onvoltooid verleden tijd in zinnen[edit | edit source]
Laten we nu enkele voorbeelden bekijken waarin we de onvoltooid verleden tijd gebruiken. Dit zal helpen om de context en het gebruik van deze tijd beter te begrijpen.
Italiaans | Uitspraak | Nederlands |
---|---|---|
Quando ero giovane, andavo spesso al mare. | ˈkwando ˈero ˈdʒoːvane, anˈdavo ˈspɛso al ˈmaːre. | Toen ik jong was, ging ik vaak naar het strand. |
Mentre studiavo, ascoltavo musica. | ˈmɛntre stuˈdʒiavo, askolˈtavo ˈmuzika. | Terwijl ik studeerde, luisterde ik naar muziek. |
Ogni estate, andavamo in vacanza in Italia. | ˈɔɲi ɛˈstaːte, anˈdavamo in vaˈkantsa in iˈtaːlja. | Elke zomer gingen we op vakantie naar Italië. |
Da bambino, giocavo a calcio con gli amici. | da bamˈbino, dʒoˈkavo a ˈkalʧo kon dʒli aˈmiʧi. | Als kind speelde ik voetbal met vrienden. |
Ieri, mentre cucinavo, il telefono suonava. | ˈjɛri, ˈmɛntre kusiˈnavo, il teˈlɛfono sʊoˈnava. | Gisteren, terwijl ik aan het koken was, ging de telefoon. |
Quando vivevo a Roma, lavoravo in un ristorante. | ˈkwando viˈvevo a ˈroma, lavoraˈvo in un ristoˈrante. | Toen ik in Rome woonde, werkte ik in een restaurant. |
Ogni mattina, mi svegliavo presto. | ˈɔɲi matˈtina, mi sveˈʎavo ˈprɛsto. | Elke ochtend werd ik vroeg wakker. |
Leggevo spesso romanzi. | ˈlɛdʒʒevo ˈspɛso roˈmanʦi. | Ik las vaak romans. |
Mangiavamo sempre la pasta il venerdì. | manˈdʒavamo ˈsɛmpre la ˈpasta il veˈnerdi. | We aten altijd pasta op vrijdag. |
I bambini piangevano quando si svegliavano. | i bamˈbini pjanˈdʒevano ˈkwando si sveˈʎavano. | De kinderen huilden als ze wakker werden. |
Oefeningen[edit | edit source]
Nu is het tijd om je kennis te testen! Hier zijn enkele oefeningen die je kunt maken om het gebruik van de onvoltooid verleden tijd in het Italiaans te oefenen.
Oefening 1: Vul de lege plekken in[edit | edit source]
Vul de zinnen in met de juiste vorm van het werkwoord in de onvoltooid verleden tijd.
1. Quando io (parlare) ______ con gli amici, (sentire) ______ una musica bella.
2. Ogni giorno, noi (andare) ______ al mercato.
3. Da bambino, tu (giocare) ______ a nascondino.
4. Mentre (studiare) ______, (guardare) ______ la televisione.
Oefening 2: Vertaal naar het Italiaans[edit | edit source]
Verander de volgende zinnen van het Nederlands naar het Italiaans.
1. Toen ik klein was, speelde ik met mijn speelgoed.
2. Elke zomer gingen we naar het meer.
3. Gisteren kookte mijn moeder pasta.
4. Terwijl ik sliep, hoorde ik een geluid.
Oefening 3: Maak zinnen[edit | edit source]
Maak zinnen met de gegeven woorden in de onvoltooid verleden tijd.
1. (leggere) - romanzi - ogni sera.
2. (vivere) - a Milano - per due anni.
3. (andare) - al cinema - con gli amici.
4. (scrivere) - lettere - a mia nonna.
Oplossingen voor de oefeningen[edit | edit source]
Hier zijn de oplossingen voor de oefeningen.
Oefening 1:[edit | edit source]
1. Quando io (parlare) parlavo con gli amici, (sentire) sentivo una musica bella.
2. Ogni giorno, noi (andare) andavamo al mercato.
3. Da bambino, tu (giocare) giocavi a nascondino.
4. Mentre (studiare) studiavo, (guardare) guardavo la televisione.
Oefening 2:[edit | edit source]
1. Quando ero piccolo, giocavo con i miei giocattoli.
2. Ogni estate andavamo al lago.
3. Ieri mia madre cucinava la pasta.
4. Mentre dormivo, sentivo un rumore.
Oefening 3:[edit | edit source]
1. Leggevo romanzi ogni sera.
2. Vivevo a Milano per due anni.
3. Andavamo al cinema con gli amici.
4. Scrivevo lettere a mia nonna.
Gefeliciteerd! Je hebt het goed gedaan! Blijf oefenen met de onvoltooid verleden tijd om je vaardigheden in het Italiaans verder te ontwikkelen. Deze tijd is cruciaal voor het vertellen van verhalen en het beschrijven van je verleden.
Andere lessen[edit | edit source]
- Complete 0 tot A1 Italiaanse Cursus → Grammatica → Tegenwoordige Tijd van Regelmatige Werkwoorden
- Complete 0 tot A1 Italiaanse Cursus → Grammatica → Italiaans Alfabet
- Complete 0 tot A1 Italiaanse Cursus → Grammatica → Passato Prossimo
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Gebiedende wijs
- 0 to A1 Course
- Complete 0 to A1 Italian Course → Grammatica → Adjectieven en Bijwoorden
- 0 naar A1 Cursus → Grammatica → Trapassato Remoto
- Corso 0-1 → Grammatica → Il Presente Dei Verbi Irregolari
- Complete 0 tot A1 Italiaanse cursus → Grammatica → Conditionele aanvoegende wijs
- Complete 0 tot A1 cursus → Grammatica → Futuro Semplice
- Complete 0 tot A1 Italiaanse cursus → Grammatica → Trapassato Prossimo
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Futuro Anteriore
- 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Condizionale Presente
- Complete cursus 0 tot A1 → Grammatica → Onvoltooid tegenwoordige tijd