Difference between revisions of "Language/Japanese/Grammar/Verb-Conjugation/nl"

From Polyglot Club WIKI
Jump to navigation Jump to search
m (Quick edit)
 
m (Quick edit)
 
(One intermediate revision by the same user not shown)
Line 1: Line 1:


{{Japanese-Page-Top}}
{{Japanese-Page-Top}}
<div class="pg_page_title"><span lang>[[Language/Japanese/nl|Japans]] </span> → <span cat>[[Language/Japanese/Grammar/nl|Grammatica]]</span> → <span level>[[Language/Japanese/Grammar/0-to-A1-Course/nl|0 tot A1 Cursus]]</span> → <span title>Werkwoordsvervoeging</span></div>
=== Inleiding ===
Welkom bij de les over '''werkwoordsvervoeging''' in het Japans! Dit is een cruciaal onderdeel van de Japanse grammatica, omdat het je in staat stelt om op een correcte manier zinnen te vormen in de tegenwoordige en verleden tijd. Het begrijpen van hoe werkwoorden zich aanpassen in verschillende contexten is essentieel voor elke taalstudent. In deze les zullen we ons richten op hoe je werkwoorden in het Japans kunt vervoegen, zowel in positieve als negatieve vormen.


<div class="pg_page_title"><span lang>Japans</span> → <span cat>Grammatica</span> → <span level>[[Language/Japanese/Grammar/0-to-A1-Course/nl|Complete 0 tot A1 Japanse cursus]]</span> → <span title>Werkwoordsvervoeging</span></div>
We zullen beginnen met een uitleg over de basisprincipes van werkwoordsvervoeging, gevolgd door voorbeelden en oefeningen. Deze les is ontworpen voor complete beginners, dus maak je geen zorgen als je nog niet veel weet over de Japanse taal. Laten we samen deze reis beginnen!


__TOC__
__TOC__


== Werkwoordsvervoeging ==
=== Wat zijn werkwoorden? ===
 
Werkwoorden zijn woorden die acties of toestanden beschrijven. In het Japans zijn er drie hoofdcategorieën van werkwoorden die we moeten begrijpen: '''regelmatige werkwoorden''', '''onregelmatige werkwoorden''' en '''werkwoorden van de groep 2'''. Laten we ze kort bekijken.
 
=== Werkwoordgroepen ===
 
==== Groep 1: Reguliere werkwoorden ====
 
Reguliere werkwoorden eindigen meestal op -u. Voorbeelden zijn:
 
* 食べる (taberu) - eten
 
* 飲む (nomu) - drinken
 
==== Groep 2: Onregelmatige werkwoorden ====
 
Er zijn maar een paar onregelmatige werkwoorden in het Japans, zoals:
 
* する (suru) - doen
 
* 来る (kuru) - komen
 
=== Vervoeging in de tegenwoordige tijd ===


Als je Japans leert, is het belangrijk om te weten hoe je werkwoorden moet vervoegen. In deze les leer je hoe je werkwoorden vervoegt in de tegenwoordige en verleden tijd en in positieve en negatieve vormen.
In het Japans is de vervoeging van werkwoorden in de tegenwoordige tijd vrij eenvoudig. Laten we de basisstructuur bekijken:


=== Tegenwoordige tijd ===
==== Positieve vorm ====


Om een werkwoord in de tegenwoordige tijd te vervoegen, moet je de stam van het werkwoord gebruiken en er vervolgens een passend einde aan toevoegen. Voor reguliere werkwoorden eindigt de stam van het werkwoord op de 'u'-klank. Hieronder vind je een tabel met de verschillende uitgangen voor de tegenwoordige tijd:
Om een werkwoord in de tegenwoordige tijd positief te vervoegen, gebruik je de stam van het werkwoord. Hier zijn enkele voorbeelden:


{| class="wikitable"
{| class="wikitable"
! Japans !! Uitspraak !! Nederlands
 
! Japanse !! Uitspraak !! Nederlands
 
|-
|-
| 行く (iku) || [ikɯ] || Gaan
 
| 食べます || tabemasu || ik eet
 
|-
|-
| 食べる (taberu) || [tabeɾɯ] || Eten
 
| 飲みます || nomimasu || ik drink
 
|-
|-
| 見る (miru) || [miɾɯ] || Kijken
 
| 行きます || ikimasu || ik ga
 
|-
|-
| 泳ぐ (oyogu) || [ojoɡɯ] || Zwemmen
 
| 見ます || mimasu || ik kijk
 
|}
|}


Als je een werkwoord wilt vervoegen in de negatieve vorm, voeg je simpelweg "nai" (ない) toe aan de stam van het werkwoord. Bijvoorbeeld:
==== Negatieve vorm ====
 
Om een werkwoord in de negatieve vorm te vervoegen, voeg je -ません (masen) toe aan de stam van het werkwoord:
 
{| class="wikitable"
 
! Japanse !! Uitspraak !! Nederlands
 
|-
 
| 食べません || tabemasen || ik eet niet
 
|-
 
| 飲みません || nomimasen || ik drink niet
 
|-
 
| 行きません || ikimasen || ik ga niet
 
|-
 
| 見ません || mimasen || ik kijk niet
 
|}


* 食べる (taberu) - Eten:
=== Vervoeging in de verleden tijd ===
** 食べない (tabenai) - Niet eten


=== Verleden tijd ===
De verleden tijd in het Japans kan iets ingewikkelder zijn, maar met een beetje oefening zal je het onder de knie krijgen.


In het Japans zijn er twee soorten verleden tijd: de verleden tijd van acties die zijn voltooid en de verleden tijd van acties die niet zijn voltooid. Laten we beginnen met de verleden tijd van acties die zijn voltooid.
==== Positieve vorm ====


Om een werkwoord in de verleden tijd te vervoegen, voeg je eenvoudigweg "ta" () toe aan de stam van het werkwoord. Hieronder vind je een tabel met de verschillende uitgangen voor de verleden tijd van acties die zijn voltooid:
Voor de positieve vorm van de verleden tijd voeg je -ました (mashita) toe aan de stam:


{| class="wikitable"
{| class="wikitable"
! Japans !! Uitspraak !! Nederlands
 
! Japanse !! Uitspraak !! Nederlands
 
|-
|-
| 行く (iku) || [ikɯ] || Ging
 
| 食べました || tabemashita || ik at
 
|-
|-
| 食べる (taberu) || [tabeɾɯ] || At
 
| 飲みました || nomimashita || ik dronk
 
|-
|-
| 見る (miru) || [miɾɯ] || Zag
 
| 行きました || ikimashita || ik ging
 
|-
|-
| 泳ぐ (oyogu) || [ojoɡɯ] || Zwom
 
| 見ました || mimashita || ik keek
 
|}
|}


Als je een werkwoord wilt vervoegen in de verleden tijd van acties die niet zijn voltooid, voeg je "te iru" (ている) toe aan de stam van het werkwoord. Bijvoorbeeld:
==== Negatieve vorm ====
 
Voor de negatieve vorm in de verleden tijd gebruik je -ませんでした (masen deshita):
 
{| class="wikitable"
 
! Japanse !! Uitspraak !! Nederlands
 
|-
 
| 食べませんでした || tabemasen deshita || ik at niet
 
|-
 
| 飲みませんでした || nomimasen deshita || ik dronk niet
 
|-
 
| 行きませんでした || ikimasen deshita || ik ging niet
 
|-
 
| 見ませんでした || mimasen deshita || ik keek niet


* 食べる (taberu) - Eten:
|}
** 食べている (tabeteiru) - Aan het eten zijn


=== Negatieve vorm ===
=== Voorbeeldzinnen ===


Om een werkwoord in de negatieve vorm te vervoegen, voeg je "nai" (ない) toe aan de stam van het werkwoord. Hieronder vind je een tabel met de verschillende uitgangen voor de negatieve vorm:
Laten we nu enkele voorbeeldzinnen bekijken waarin we de vervoegingen in context gebruiken:


{| class="wikitable"
{| class="wikitable"
! Japans !! Uitspraak !! Nederlands
 
! Japanse !! Uitspraak !! Nederlands
 
|-
|-
| 行く (iku) || [ikɯ] || Niet gaan
 
| 私は毎日寿司を食べます。 || Watashi wa mainichi sushi o tabemasu. || Ik eet elke dag sushi.
 
|-
|-
| 食べる (taberu) || [tabeɾɯ] || Niet eten
 
| 彼は水を飲みません。 || Kare wa mizu o nomimasen. || Hij drinkt geen water.
 
|-
|-
| 見る (miru) || [miɾɯ] || Niet kijken
 
| 昨日、友達と映画を見ました。 || Kinō, tomodachi to eiga o mimashita. || Gisteren heb ik met vrienden naar een film gekeken.
 
|-
|-
| 泳ぐ (oyogu) || [ojoɡɯ] || Niet zwemmen
 
| 彼女は毎朝ジョギングをします。 || Kanojo wa mai asa jogingu o shimasu. || Zij jogt elke ochtend.
 
|}
|}


=== Vragen ===
=== Oefeningen ===
 
Nu dat je de basisprincipes van werkwoordsvervoeging hebt geleerd, is het tijd om je kennis toe te passen. Hier zijn enkele oefeningen:
 
==== Oefening 1: Vervoegen in de tegenwoordige tijd ====
 
Vervoeg de volgende werkwoorden in de positieve en negatieve vorm in de tegenwoordige tijd: (食べる, 飲む, 行く)
 
==== Oefening 2: Vervoegen in de verleden tijd ====
 
Vervoeg de volgende werkwoorden in de positieve en negatieve vorm in de verleden tijd: (食べる, 飲む, 行く)
 
==== Oefening 3: Maak zinnen ====
 
Maak zinnen met de volgende werkwoorden in de positieve vorm: (見る, 行く, 飲む)
 
==== Oefening 4: Vertaal naar het Japans ====
 
Vertaal de volgende zinnen naar het Japans:
 
1. Ik eet niet.
 
2. Hij ging naar school.
 
==== Oefening 5: Vul de lege plekken in ====
 
Vul de lege plekken in met de juiste vervoeging:
 
1. 私は毎日____ (eten)。
 
2. 彼は水を____ (drinken) ません。
 
=== Oplossingen ===
 
Hier zijn de oplossingen voor de oefeningen:
 
==== Oplossingen oefening 1 ====
 
* 食べます (tabemasu) - ik eet
 
* 食べません (tabemasen) - ik eet niet
 
* 飲みます (nomimasu) - ik drink
 
* 飲みません (nomimasen) - ik drink niet
 
* 行きます (ikimasu) - ik ga
 
* 行きません (ikimasen) - ik ga niet
 
==== Oplossingen oefening 2 ====
 
* 食べました (tabemashita) - ik at
 
* 食べませんでした (tabemasen deshita) - ik at niet
 
* 飲みました (nomimashita) - ik dronk


Om een vraagzin te vormen in het Japans, voeg je simpelweg "ka" () toe aan het einde van de zin. Bijvoorbeeld:
* 飲みませんでした (nomimasen deshita) - ik dronk niet


* 行く (iku) - Gaan:
* 行きました (ikimashita) - ik ging
** 行くか (ikuka) - Ga je?


== Conclusie ==
* 行きませんでした (ikimasen deshita) - ik ging niet


In deze les heb je geleerd hoe je werkwoorden kunt vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd en in positieve en negatieve vormen. Het is belangrijk om deze basisprincipes te begrijpen bij het leren van de Japanse taal. Oefen regelmatig en je zult snel vertrouwd raken met de vervoegingen van Japanse werkwoorden.
==== Oplossingen oefening 3 ====
 
1. 私は映画を見ます。 (Watashi wa eiga o mimasu) - Ik kijk naar een film.
 
2. 私は学校に行きます。 (Watashi wa gakkō ni ikimasu) - Ik ga naar school.
 
3. 私は水を飲みます。 (Watashi wa mizu o nomimasu) - Ik drink water.
 
==== Oplossingen oefening 4 ====
 
1. 私は食べません。(Watashi wa tabemasen.)
 
2. 彼は学校に行きました。(Kare wa gakkō ni ikimashita.)
 
==== Oplossingen oefening 5 ====
 
1. 私は毎日食べます。(Watashi wa mainichi tabemasu.)
 
2. 彼は水を飲みません。(Kare wa mizu o nomimasen.)
 
=== Conclusie ===
 
In deze les hebben we de basisprincipes van werkwoordsvervoeging in het Japans besproken. We hebben geleerd hoe je werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd kunt vervoegen, zowel in positieve als negatieve vormen. Oefening maakt de meester, dus blijf oefenen met het vervoegen van werkwoorden in verschillende contexten. Als je vragen hebt, aarzel dan niet om deze te stellen. Veel succes met je taalleerreis!


{{#seo:
{{#seo:
|title=Japanse grammatica: Complete 0 tot A1 cursus - Werkwoordsvervoeging
|keywords=Japanse grammatica, Japans, werkwoordsvervoeging, tegenwoordige tijd, verleden tijd, negatieve vorm, vragen
|description=Leer hoe je werkwoorden kunt vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd en in positieve en negatieve vormen in deze Japanse grammatica les. Geschikt voor beginners.}}


|title=Werkwoordsvervoeging in het Japans - Cursus A1
|keywords=Japans, werkwoord, vervoeging, grammatica, A1 cursus


{{Japanese-0-to-A1-Course-TOC-nl}}
|description=Leer hoe je werkwoorden in het Japans kunt vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd, zowel in positieve als negatieve vormen.
 
}}
 
{{Template:Japanese-0-to-A1-Course-TOC-nl}}


[[Category:Course]]
[[Category:Course]]
Line 93: Line 277:
[[Category:0-to-A1-Course]]
[[Category:0-to-A1-Course]]
[[Category:Japanese-0-to-A1-Course]]
[[Category:Japanese-0-to-A1-Course]]
<span gpt></span> <span model=gpt-3.5-turbo></span> <span temperature=0.7></span>
<span openai_correct_model></span> <span gpt></span> <span model=gpt-4o-mini></span> <span temperature=0.7></span>
 
 


==Andere lessen==
* [[Language/Japanese/Grammar/Hiragana-Reading-and-Writing-Practice/nl|0 tot A1 Cursus → Grammatica → Hiragana Lezen en Schrijven Oefenen]]
* [[Language/Japanese/Grammar/Particle-は-and-が/nl|Complete 0 tot A1 Cursus → Grammatica → Deeltjes は en が]]
* [[Language/Japanese/Grammar/0-to-A1-Course/nl|0 to A1 Course]]
* [[Language/Japanese/Grammar/Introduction-to-Japanese-Sentence-Structure/nl|0 tot A1 Cursus → Grammatica → Inleiding tot de Japanse zinsstructuur]]


{{Japanese-Page-Bottom}}
{{Japanese-Page-Bottom}}

Latest revision as of 22:52, 14 August 2024


Japan-flag-Japanese-Lessons-PolyglotClub.png
Japans Grammatica0 tot A1 CursusWerkwoordsvervoeging

Inleiding[edit | edit source]

Welkom bij de les over werkwoordsvervoeging in het Japans! Dit is een cruciaal onderdeel van de Japanse grammatica, omdat het je in staat stelt om op een correcte manier zinnen te vormen in de tegenwoordige en verleden tijd. Het begrijpen van hoe werkwoorden zich aanpassen in verschillende contexten is essentieel voor elke taalstudent. In deze les zullen we ons richten op hoe je werkwoorden in het Japans kunt vervoegen, zowel in positieve als negatieve vormen.

We zullen beginnen met een uitleg over de basisprincipes van werkwoordsvervoeging, gevolgd door voorbeelden en oefeningen. Deze les is ontworpen voor complete beginners, dus maak je geen zorgen als je nog niet veel weet over de Japanse taal. Laten we samen deze reis beginnen!

Wat zijn werkwoorden?[edit | edit source]

Werkwoorden zijn woorden die acties of toestanden beschrijven. In het Japans zijn er drie hoofdcategorieën van werkwoorden die we moeten begrijpen: regelmatige werkwoorden, onregelmatige werkwoorden en werkwoorden van de groep 2. Laten we ze kort bekijken.

Werkwoordgroepen[edit | edit source]

Groep 1: Reguliere werkwoorden[edit | edit source]

Reguliere werkwoorden eindigen meestal op -u. Voorbeelden zijn:

  • 食べる (taberu) - eten
  • 飲む (nomu) - drinken

Groep 2: Onregelmatige werkwoorden[edit | edit source]

Er zijn maar een paar onregelmatige werkwoorden in het Japans, zoals:

  • する (suru) - doen
  • 来る (kuru) - komen

Vervoeging in de tegenwoordige tijd[edit | edit source]

In het Japans is de vervoeging van werkwoorden in de tegenwoordige tijd vrij eenvoudig. Laten we de basisstructuur bekijken:

Positieve vorm[edit | edit source]

Om een werkwoord in de tegenwoordige tijd positief te vervoegen, gebruik je de stam van het werkwoord. Hier zijn enkele voorbeelden:

Japanse Uitspraak Nederlands
食べます tabemasu ik eet
飲みます nomimasu ik drink
行きます ikimasu ik ga
見ます mimasu ik kijk

Negatieve vorm[edit | edit source]

Om een werkwoord in de negatieve vorm te vervoegen, voeg je -ません (masen) toe aan de stam van het werkwoord:

Japanse Uitspraak Nederlands
食べません tabemasen ik eet niet
飲みません nomimasen ik drink niet
行きません ikimasen ik ga niet
見ません mimasen ik kijk niet

Vervoeging in de verleden tijd[edit | edit source]

De verleden tijd in het Japans kan iets ingewikkelder zijn, maar met een beetje oefening zal je het onder de knie krijgen.

Positieve vorm[edit | edit source]

Voor de positieve vorm van de verleden tijd voeg je -ました (mashita) toe aan de stam:

Japanse Uitspraak Nederlands
食べました tabemashita ik at
飲みました nomimashita ik dronk
行きました ikimashita ik ging
見ました mimashita ik keek

Negatieve vorm[edit | edit source]

Voor de negatieve vorm in de verleden tijd gebruik je -ませんでした (masen deshita):

Japanse Uitspraak Nederlands
食べませんでした tabemasen deshita ik at niet
飲みませんでした nomimasen deshita ik dronk niet
行きませんでした ikimasen deshita ik ging niet
見ませんでした mimasen deshita ik keek niet

Voorbeeldzinnen[edit | edit source]

Laten we nu enkele voorbeeldzinnen bekijken waarin we de vervoegingen in context gebruiken:

Japanse Uitspraak Nederlands
私は毎日寿司を食べます。 Watashi wa mainichi sushi o tabemasu. Ik eet elke dag sushi.
彼は水を飲みません。 Kare wa mizu o nomimasen. Hij drinkt geen water.
昨日、友達と映画を見ました。 Kinō, tomodachi to eiga o mimashita. Gisteren heb ik met vrienden naar een film gekeken.
彼女は毎朝ジョギングをします。 Kanojo wa mai asa jogingu o shimasu. Zij jogt elke ochtend.

Oefeningen[edit | edit source]

Nu dat je de basisprincipes van werkwoordsvervoeging hebt geleerd, is het tijd om je kennis toe te passen. Hier zijn enkele oefeningen:

Oefening 1: Vervoegen in de tegenwoordige tijd[edit | edit source]

Vervoeg de volgende werkwoorden in de positieve en negatieve vorm in de tegenwoordige tijd: (食べる, 飲む, 行く)

Oefening 2: Vervoegen in de verleden tijd[edit | edit source]

Vervoeg de volgende werkwoorden in de positieve en negatieve vorm in de verleden tijd: (食べる, 飲む, 行く)

Oefening 3: Maak zinnen[edit | edit source]

Maak zinnen met de volgende werkwoorden in de positieve vorm: (見る, 行く, 飲む)

Oefening 4: Vertaal naar het Japans[edit | edit source]

Vertaal de volgende zinnen naar het Japans:

1. Ik eet niet.

2. Hij ging naar school.

Oefening 5: Vul de lege plekken in[edit | edit source]

Vul de lege plekken in met de juiste vervoeging:

1. 私は毎日____ (eten)。

2. 彼は水を____ (drinken) ません。

Oplossingen[edit | edit source]

Hier zijn de oplossingen voor de oefeningen:

Oplossingen oefening 1[edit | edit source]

  • 食べます (tabemasu) - ik eet
  • 食べません (tabemasen) - ik eet niet
  • 飲みます (nomimasu) - ik drink
  • 飲みません (nomimasen) - ik drink niet
  • 行きます (ikimasu) - ik ga
  • 行きません (ikimasen) - ik ga niet

Oplossingen oefening 2[edit | edit source]

  • 食べました (tabemashita) - ik at
  • 食べませんでした (tabemasen deshita) - ik at niet
  • 飲みました (nomimashita) - ik dronk
  • 飲みませんでした (nomimasen deshita) - ik dronk niet
  • 行きました (ikimashita) - ik ging
  • 行きませんでした (ikimasen deshita) - ik ging niet

Oplossingen oefening 3[edit | edit source]

1. 私は映画を見ます。 (Watashi wa eiga o mimasu) - Ik kijk naar een film.

2. 私は学校に行きます。 (Watashi wa gakkō ni ikimasu) - Ik ga naar school.

3. 私は水を飲みます。 (Watashi wa mizu o nomimasu) - Ik drink water.

Oplossingen oefening 4[edit | edit source]

1. 私は食べません。(Watashi wa tabemasen.)

2. 彼は学校に行きました。(Kare wa gakkō ni ikimashita.)

Oplossingen oefening 5[edit | edit source]

1. 私は毎日食べます。(Watashi wa mainichi tabemasu.)

2. 彼は水を飲みません。(Kare wa mizu o nomimasen.)

Conclusie[edit | edit source]

In deze les hebben we de basisprincipes van werkwoordsvervoeging in het Japans besproken. We hebben geleerd hoe je werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd kunt vervoegen, zowel in positieve als negatieve vormen. Oefening maakt de meester, dus blijf oefenen met het vervoegen van werkwoorden in verschillende contexten. Als je vragen hebt, aarzel dan niet om deze te stellen. Veel succes met je taalleerreis!

Inhoudsopgave - Japanse cursus 0 tot A1[edit source]


Hiragana-basisprincipes


Begroetingen en introducties


Geografie en geschiedenis


Bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden


Familie en sociale relaties


Religie en filosofie


Deeltjes en voegwoorden


Reizen en toerisme


Onderwijs en wetenschap


Voorzetsels en uitroepen


Kunst en media


Politiek en samenleving


Andere lessen[edit | edit source]